Als zevenjarig Joods meisje gaat Misha Defonseca tijdens de holocaust op zoek naar haar gedeporteerde ouders. Ze reist in haar eentje, te voet door Europa. Om te ontsnappen aan de nazi’s houdt ze zich verborgen in de bossen, waar ze zich aansluit bij een roedel wolven. Wanneer een uitgever dit wonderlijke verhaal hoort overtuigt ze Misha haar memoires te schrijven.
Vrijwel meteen wordt het autobiografische boek een wereldwijde bestseller en het duurt niet lang voordat Hollywood aanklopt om het te verfilmen. Maar dan komen Misha en haar uitgever door een onenigheid lijnrecht tegenover elkaar in de rechtbank te staan. De jury, geconfronteerd met een holocaust-overlevende die onrecht is aangedaan, gelooft Misha en oordeelt in het nadeel van de uitgever. In een poging haar reputatie te redden, gaat deze op onderzoek uit. Gaandeweg ontdekt ze steeds meer onjuistheden in Misha’s verhaal. De twijfel slaat toe: als ze nu al onwaarheden vindt, wat is dan wel waar van Misha’s levensverhaal?